Daar kwamen ze, ’s ochtends vroeg. Vijfentwintig kinderen op de fiets weer en wind trotserend voor anderhalf uur buitenles. Voorzien van handschoenen, laarzen en een hele hoop lawaai, klaar om in de natuur een lesje te leren.
Sporen in het land heet de les. Ik vertel ze bij aankomst een inspirerend verhaaltje over de landschapskunst van Richard Long en Andrew Goldsworthy. Over gewandelde lijnen in het landschap en fantastische vormen van afgevallen blaadjes. En over de pindakaasvloer van Wim T. Schippers wat vooral een geur-kunstwerk is, net als de kunstwerkjes die honden achterlaten in de natuur. Waar je, als je wilt en durft, ook weer wat leuks van kunt kleien… En dan mogen de kinderen aan de slag om met takjes, steentjes, blaadjes, stront, modder of mooie bloemetjes zelf een kunstwerk te maken. En het lukt telkens weer om de hele groep enthousiast aan het werk te krijgen.
Maar toen kwam de boswachter en die vond dit allemaal geen goed idee. De kinderen gingen het bos in om materiaal te zoeken terwijl er op het bordje staat: geen toegang buiten de paden. En met al dat lawaai joegen ze de reen de stuipen op het lijf en de ‘kunstwerkjes’ maakten rommel in het strakke park.
Een duidelijk verschil van inzicht. Hij was van mening dat je mensen respect voor de natuur bijbrengt door ze met de handen in de zakken vanaf het pad naar de vogeltjes te laten kijken. De natuur heeft al weinig ruimte en is dus heel kwetsbaar. Daar valt wat voor te zeggen maar ik denk toch dat je zo de afstand niet alleen letterlijk maar ook figuurlijk vergroot. Laat een kind tot z’n knien in de bagger zakken, n worden met de natuur! Bij een confrontatie tussen een kind en een brandnetel weet ik uit ervaring wie er als meest kwetsbaar uit de bosjes komt. Dus de natuur bijt heus wel van zich af.
Daarbij zijn kinderen over het algemeen een stuk gehoorzamer dan honden. Honden moet je op het pad houden maar kinderen gaan hooguit een paar meter uit zicht de bosjes in. Zij zullen niet hun neus achterna gaan om een konijn te pakken. Honden aan de lijn vind ik dus geheel vanzelfsprekend maar kinderen moet je los kunnen laten lopen.
En dan dat lawaai. Hebben hertjes liever geen kinderen meer in het bos zodat hun rust niet wordt verstoord? Ja denk ik, maar hoe zit het dan met het noodzakelijke onderhoud? Snoeien doen we ook niet op de fiets met een elektrische kniptang, daarvoor gaat ook groot materieel het bos in en het geluid van de motorzaag overstemt wel tien schoolklassen.
En ik geef het toe: over de kwaliteit van de kunstwerken valt te twisten. Zoals dat hoort bij echte kunst. Maar toen ik de grote bouwwerken aan het eind van de dag aan t slopen was en terug het bos in bracht, kreeg ik commentaar van een paar wandelaars die het wel erg zonde vonden dat ik die leuke kunstwerken van de kinderen kapot aan het maken was. Gelukkig!
Ik durf te wedden dat we met mijn aanpak de natuur een grotere dienst bewijzen dan met de verbodsborden van de boswachter. Ik denk dat je met de kinderen in de bagger de boswachters van de toekomst kweekt.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten